ZORGE, ZORGE, BOUW MIJN HUIS

- Zorge, zorge, bouw mijn huis.
Timmer, timmer, timmer.
- Eerst uw kruis, en dan uw huis...
- Ach, een huis voor immer.

- Zorge, zorge, weef het kleed
dat de dagen spinnen.
- Eerst het leed, en dan het kleed...
- Ach, een kleed van linnen.

- Zie, de nacht is zwoel en zwart.
Sluit mijn oogen, zorge.
- Eerst uw oogen, dan uw hart...
- Heeft mijn hart geen morgen?



172 Het boek der liefde, Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1921, 269 p.
156 Het beste uit de gedichten van De Clercq, Zeist 1932, 196 p.
186 René De Clercq. Liederen, leeft! Sint-Niklaas 1977, 202 p.