IN MIJN LEVEN GROEIT UW LEVEN

In mijn leven groeit uw leven.
Beider willen saamgeweven
rukt geen macht met handen stuk.
Wat van menschen moge dreigen,
trouwe hart, gij blijft mijn eigen;
uw geluk is mijn geluk.

Ach, hoe klein wordt al wat griefde!
In mijn leven groeit uw leven,
in mijn liefde uw zoete liefde.



89 Het boek der liefde, Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1921, 269 p.