HET RECHT OM TE LEVEN

Het recht om te leven is 't eerste recht.
Het tweede is een man te zijn, geen knecht.
Daarna komt de durf en vervolgens de daad
die afgoden brijzelt en dwingelands slaat.
Uw hand in een hand die drukt in uw druk!
Uw hart voor een hart! Uw geluk voor 't geluk
van duizenden, duizenden, arm en verweesd,
die hongerig hunkren naar brood en geest.
Als bij vogels die trekken, de kracht aan de spits,
naar de hoogte gevlucht met de liefde als gids!
Ginds verre dan werpt gij, bouwers met kop,
tot woonsten ons grootse paleizen op,
dat ons kroost vóór der toekomst tempels vergaard,
van torens een tastbare hemelvaart,
vervuld zij met eerbied, met vreugd, en den trots,
de zonen te zijn van die zonen Gods.



75 Toortsen, Amsterdam (S.L.Van Looy) 1909, 92p.
37 René De Clercq. Daar is maar één land.... Hasselt 1964, 76 p.
93 René De Clercq. Liederen, leeft! Sint-Niklaas 1977, 202 p.