UW OOGEN HEB IK LIEF

Uw oogen heb ik lief
om hunne kracht en pracht.
Een wereld ligt daarin, zeediep,
met dag en nacht.

Dag als zij hoog en helder staan,
nacht als zij dof en moe.
Ach, eer mijn licht zal ondergaan,
sluit ze niet toe.



40 Het boek der liefde, Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1921, 269 p.